Het jaar van AR-TUR - jaarverslag 2017

Voor AR-TUR was 2017 een jubileumjaar. We bestonden 10 jaar en dat hebben we gevierd. We nemen je in vogelvlucht mee door het afgelopen jaar. Aan het eind van dit artikel vind je ook een financieel jaarverslag.

Leestijd: 14 – 18 minuten

Vanaf 2007 bracht AR-TUR goede architectuur in en rond Turnhout in beeld met lezingen en excursies. In 2012, vijf jaar later, presenteerden we het boek Architectuur in de golden sixties: de Turnhoutse School en een grote tentoonstelling. En daarmee zetten we direct ook AR-TUR stevig op de kaart.

In de vijf jaar die volgden konden we met structurele subsidies onze werking uitbouwen en professionaliseren. Daarbij verbreedde onze blik naar ruimtelijke ordening en landschap, onontkoombaar wanneer je in de Kempen het debat over kwalitatieve en duurzame architectuur wil voeren.

Afgelopen jaar sloegen we onze volgende piketpaal met opnieuw een kloek boek en een grote tentoonstelling: de Kempenatlas. Daarmee lanceerden we het Kempenlab en de start van een nieuwe vijfjarige periode. Dit artikel neemt je mee door het jaar van AR-TUR. Om te eindigen met een blik op de toekomst.

De aanloop naar Kempenatlas en Kempenlab

Het jaar 2017 stond in het teken van de lancering van de Kempenatlas en daarmee de start van het Kempenlab. We maakten volop tijd om te bouwen aan samenwerkingen en aan het betrekken van publiek. Het doel? De impact van de Kempenatlas zo groot mogelijk maken. Dit aanlooptraject doopten we Kempenlab 0.

We gingen op Kempensafari (26 januari) met auteurs en andere betrokkenen bij de Kempenatlas. Zo leerden we de regio en elkaar beter kennen.

Kasteel de Merode. Foto: Pieter de Ruijter

De lezingenreeks Duurzame toekomst voor de Kempen in het voorjaar lichtte al een tipje van de sluier op van de Kempenatlas. Met vier thema’s uit de Kempenatlas openden we het gesprek. We organiseerden deze reeks samen met Kamp C. Steeds kwam een van de auteurs aan het woord, gevolgd door twee andere experten. De thema’s waren mobiliteit (14 januari), energielandschap (18 april), dorpsarchitectuur (16 mei) en open ruimte (13 juni). Van alle lezingen maakten we verslagen.

In april lanceerden we een Open Call voor Kunstenaars voor werk in de Kempenatlas-tentoonstelling. We ontvingen zo’n twintig reacties en selecteerden hieruit twee kunstenaars.

Veel tijd en energie staken we in de crowdfundingscampagne. Je herinnert je vast nog het promofilmpje waar we – Edith en Evelien – enthousiast door een Kempense weide stappen. We mikten op 10.000 euro om de Kempenatlas te kunnen voltooien, maar de teller ging uiteindelijk voorbij de 13.000 euro. In 47 dagen besloten 166 funders onze campagne te steunen.

Met de crowdfunding wilden we niet alleen geld inzamelen, maar vooral ook veel mensen betrekken. We ontvingen vele enthousiaste reacties, mensen die wilden meedoen en meedenken. Geweldig was dat ook heel wat bedrijven en organisaties zich aansloten. Enkele bedrijven besloten zelfs een extra bijdrage te doen, met als toppers Drukkerij Em. de Jong en Groep Van Roey. De Provincie Antwerpen en de Vlaamse Overheid steunden de Kempenatlas met projectsubsidies.

Kempenatlas: een project voor de regio

In september konden we dan eindelijk de Kempenatlas presenteren. Een grote groep experten en organisaties was bij het project betrokken. We zijn trots op het resultaat dat al deze enthousiaste mensen samen hebben gerealiseerd. De Kempenatlas is – al zeggen we het zelf – een prachtig boek en tentoonstelling geworden.

Kempenatlas. Foto: Pieter de Ruijter

Het boek heeft een echt atlasformaat: 27 bij 37 centimeter en meer dan 2,5 kilo. De redactie bestond uit Maarten Van Acker (Universiteit Antwerpen), Bas Van der Veken (Regionaal Landschap Kleine en Grote Nete), Joeri De Bruyn (Uitgeverij Public Space) en wijzelf – Edith en Evelien – namens AR-TUR. We stuurden een team aan van 25 auteurs. Zij gaven vorm aan twaalf thema’s, van bodem tot grenzen, aan de hand waarvan we de Kempen in kaart brachten. MUST uit Amsterdam tekende de atlaskaarten.

Fotograaf Filip Dujardin en auteur Leen Huet namen deel twee voor hun rekening: een reis langs twintig Kempense karakteristieke plekken in woord en beeld. Vormgever Rene Tichelaar (Anagramme) maakte het tot een geheel en uiteindelijk kwam de Kempenatlas bij Drukkerij Em. de Jong van de persen rollen. De Kempenatlas is te koop voor 39,99 euro.

Baarle-Hertog. Foto: Filip Dujardin voor de KEMPENATLAS.

De twaalf thema’s en twintig plekken tezamen vormen een gelaagd verhaal over de ruimtelijke ordening van de regio. De Kempenatlas vertelt over het verleden en schetst de uitdagingen voor de toekomst. We zien het project dan ook niet als eindpunt, maar als begin. Een referentiewerk voor het denken over de toekomst van de regio.

De Kempenatlas verscheen in een oplage van 2000 exemplaren. Tijdens de crowdfunding gingen er 386 exemplaren in voorverkoop. Er waren 369 exemplaren voor auteurs, medewerkers, relaties, partners en pers. Vanaf de presentatie van de atlas op 15 september 2018 verkochten we inmiddels al 658 exemplaren (173 via ons eigen verkoopkanaal bij de Warande en 485 via de boekhandels in Vlaanderen en Nederland.)

Op 1 januari waren er nog maar 570 boeken in voorraad en dat aantal is bij het schrijven van dit artikel alweer verder geslonken. Prachtige verkoopcijfers dus.

Foto: We Document Art

De tentoonstelling was te zien van 15 september tot 19 november. We cureerden deze in nauwe samenwerking met de Warande. Dries Otten tekende de scenografie.

In het kaartenatelier zag je de atlaskaarten op groot formaat, naast een prentenkabinet met oude kaarten en een atelier met onze Kempenlabkar waar we aan de toekomst tekenden. De Kempenlabkar is een mobiele werktafel waarmee we de komende jaren op locatie zullen werken in het Kempenlab. In de tentoonstelling hielden we er kantoor en ontvingen we er groepen om te spreken over de toekomst van de Kempen.

Foto: Bart Van der Moeren

De tweede zaal toonde, net als in het boek, de twintig plekken in woord en beeld. Door ons het plekkenbos genoemd, vanwege de uitbundige scenografie met vitrines aan boomstammen. In de tentoonstelling vulden we de foto’s van Dujardin aan met vele erfgoedobjecten, van video tot briefkaart en van turfblok tot koloniemunt.

Ook boden we een andere kijk op de Kempen, met werken van drie kunstenaars. Sofie Van der Linden verbeeldde alledaagse plekken in een reeks van grote, abstracte lijntekeningen op de wand.

Chloé Dierckx zorgde voor een rustpunt in het plekkenbos met persoonlijke verhalen van vier Kempenaren. Zij boorde een bodemprofiel uit een voor hen dierbaar stuk grond. Dat hing ze in de tentoonstelling naast de geluidsopnamen met hun verhaal.

Karl Philips palmde de patio in met een grote installatie. Aan de achterkant van een autobaanbord van de E34 bouwde hij een trekkershut, met elementen van een vrachtwagencabine. Diverse objecten – waaronder een vangrail-pompwagen, geluidsopnamen en maquettes – maakten zijn ode aan de transitregio Kempen en de wereld ‘achter de snelweg’ compleet.

Satellieten, workshops en rondleidingen

We trokken ook de regio in met de Kempenatlas. We plaatsten tien Kempenatlas-satellieten verspreid door de Kempen. Op publieke plekken als cultuurcentra en bibliotheken, maar ook op minder verwachte plaatsen zoals Station Noorderkempen en woonzorgdomein Het GielsBos.

De satellieten waren mini-expo’s waar de Kempenatlas te doorbladeren was, aangevuld met een bijzonder erfgoedbeeld van de locatie en een QR-code naar de website voor meer informatie. Elke bezoeker kon bovendien een gratis boekje meenemen, met een verkorte versie van de erfgoedverhalen uit de Kempenatlas. Erfgoed Noorderkempen en Erfgoedcel k.ERF steunden dit deelproject. Op die manier bereikten we enkele duizenden mensen extra in de regio.

Foto: Bart Van der Moeren

Op de Dag van de Architectuur, op 10 september, was er al een preview van de Kempenatlas te bekijken in Het GielsBos. Ook op de Nacht van de Architectuur in deSingel, op 8 september, kwam de Kempenatlas aan bod in het boekensalon.

De vernissage van de Kempenatlas en de presentatie van het boek vonden plaats op 15 september. Met uiteindelijk ruim 300 bezoekers in totaal, puilde de zaal van het panelgesprek uit.

Tijdens het volgende openingsweekend van de Warande was de tentoonstelling gratis te bezoeken en verzorgden we enkele rondleidingen.

We organiseerden rondleidingen door de tentoonstellingen met wisselend succes. Voor een combi-rondleiding met het Taxandria-museum (24 september) kwamen helaas maar enkele bezoekers opdagen. De aankondigingen bleken ondergesneeuwd in alle promotie rond de opening een week eerder. Bij rondleidingen voor leraren secundair onderwijs (20 september), een bezoek met toelichting van de kunstenaars (22 oktober) en een workshop op de Kunstendag voor Kinderen (19 november) waren de bezoekersaantallen heel wat beter en ontvingen we enthousiaste groepen. Het meest populair was de rondleiding met auteur Leen Huet (5 november) die dan ook volledig volzet was.

Uiteindelijk leidden we meer dan 600 mensen rond door de tentoonstelling. Daaronder waren ook vele groepen op aanvraag, waaronder lokale politici, stedenbouwkundigen uit de Kempen (‘Atrium’ departement Omgeving Vlaanderen), Streekplatform Kempen, de dienst gebiedsgericht beleid van de Provincie Antwerpen, bouwbedrijven, projectontwikkelaars en ontwerpbureaus. Vier enthousiaste gidsen hielpen ons hierbij.

Meer dan 2000 mensen bezochten de tentoonstelling. We sloten deze af met de finissage Van Kempenatlas naar Kempenlabop 16 november. We gingen in gesprek over wat de Kempenatlas kan betekenen voor de toekomst van de ruimtelijke ordening in de regio. (Het verslag lees je hier.)

Finissage

De Kempenatlas kon rekenen op veel persaandacht. Naast een item bij RTV en uitgebreide artikelen in de Gazet van Antwerpen schoof artistiek coördinator Edith aan bij Pompidou op Klara Radio. Ook vakmagazines Ruimte en A+ besteedden aandacht aan het boek. Een overzicht vind je op de Kempenatlas-pagina.

Maar nog belangrijker vinden we de vele positieve reacties die we ontvingen: “Proficiat, een werk om trots op te zijn, ik ben echt onder de indruk.”, “prachtige atlas maar vooral een ‘project’, dat is me bijgebleven”, “het resultaat is verbluffend: groot, mooi, verzorgd, interessant en origineel. Ik heb er veel mee bijgeleerd.”, “geweldig idee om de dialoog aan te gaan over deze strategisch belangrijke thema’s”, “de oproep om aan de slag te gaan neem ik zeker ter harte”, “het boek ligt hier te pronken, en onze kinderen en kleinkinderen zullen er nog gulzig van kunnen genieten”.

Vanzelfsprekend bij een project van deze omvang hoorden we ook enkele kritische geluiden, gelukkig vrijwel allemaal opbouwend van aard. Ze gingen veelal over ontbrekende thema’s of elementen op atlaskaarten. We zijn ons steeds bewust geweest dat de atlas onmogelijk volledig kon zijn. De Kempenatlas geeft voor het eerst een totaalbeeld van de regio en zien we vooral als een begin.

Het boek heeft zijn weg weten te vinden naar menig bureau van beleidsmakers, politici, ontwerpers en anderen die persoonlijk en professioneel betrokken zijn bij de ruimtelijke kwaliteit van de regio. Zo hopen we dat de Kempenatlas een vliegwiel zal zijn voor een duurzame toekomst voor de Kempen.

Kempenlab 1 Gevangen in beschermd landschap

We lanceerden in 2017 ook het Kempenlab, waarin we verder werken op de thema’s uit de Kempenatlas. We willen een aanjager zijn voor de kwaliteit van de gebouwde omgeving. We initiëren enkele labs per jaar en gaan aan de slag op een specifieke plek in de Kempen. De thema’s die aan bod komen in die casus, vertalen we weer naar een breder verhaal voor de hele regio.

In het Kempenlab werken we cocreatief. We brengen betrokken experten, maar ook bewoners en andere belanghebbenden samen rond de tafel. In culturele activiteiten proberen we samen te komen tot creatieve en nieuwe ideeën voor de ruimtelijke kwaliteit van de regio.

Foto: Karin Borghouts

Het eerste Kempenlab: Gevangen in beschermd landschap, vond plaats in het voorjaar van 2017. We gingen op zoek naar een visie op het penitentiaire landschap in de Kempen.

De Kempen huisvest als ‘randland’ heel wat gevangenissen. In de kolonies van Merksplas en Wortel staan deze in een bijzonder landschap, binnenkort wellicht UNESCO-werelderfgoed. De voormalige landloperskolonies kennen een historie van vrijheidsberoving en disciplinering. Hoe passen de gevangenissen in de kolonies van vandaag? Kan het kolonielandschap een rol spelen bij het humaniseren van het gevangenisprogramma?

AR-TUR werkte voor dit project samen met Serge Rooman (Opleidingcentrum Penitentiair Personeel (OCPP), FOD Justitie) en Gideon Boie (KU Leuven / BAVO / Prison Gear).

Foto: Karin Borghouts

We gingen op bezoek in de gevangenissen van Merksplas en Hoogstraten (9 februari) om een indruk te krijgen van de leefomgevingen, van de uitdagingen en goede voorbeelden.

In twee workshops (16 februari en 9 maart) spraken we met experten en betrokkenen – waaronder vier gedetineerden – over de kwaliteiten van het landschap en de mogelijke synergie met het gevangenisprogramma. Ter voorbereiding hielden we workshops met gedetineerden (14 en 16 februari) in de gevangenis van Hoogstraten.

In mei organiseerden we, als deel van het Warande-festival Groeten uit de Kolonies, twee filmavonden voor publiek. We bekeken de film De Kolonie in de kapel van Merksplas-Kolonie (4 mei). De film Bastøy toonden we in de gevangenis van Hoogstraten (6 mei) voor een gemengd publiek van 40 gedetineerden en 40 bezoekers.

Tijdens het festival (4 tot 28 mei) was in de kapel van Merksplas-Kolonie een fototentoonstelling van Karin Borghouts te zien, die in opdracht van AR-TUR de gevangenissen en het landschap in beeld bracht.

Foto: Pieter de Ruijter

In een afsluitend publiek gesprek op 28 mei reflecteerden onder meer een schepen en gevangenisdirecteur op het traject.

In het najaar werkten we aan een publicatie over het Kempenlab, dat begin 2018 verscheen en als pdf te downloaden is. Dit CAHIER #7 Gevangen in open landschap bevat verslaglegging, scenario’s voor de toekomst en reacties van onder meer Kristoff Hemelinckx (raadgever minister Jambon voor de Regie der Gebouwen) en Peter Bellens (gedeputeerde Provincie Antwerpen).

Het bleek niet evident alle betrokkenen rond de tafel te krijgen. Maar stapje voor stapje kregen we toch de juiste mensen mee in het gesprek en werden cirkelredeneringen open gebroken. Zo was dit eerste Kempenlab ook een belangrijk experiment voor onze manier van werken.

Ondertussen zien we de eerste tekenen van de impact die het traject heeft. Zoals gedeputeerde Peter Bellens in zijn nawoord zegt over het Kempenlab: “Ik heb daar persoonlijk aan deelgenomen en kunnen vaststellen hoe waardevol zo’n cocreatief traject kan zijn. Het platform dat daar gevormd is, geeft nu aanleiding tot nieuwe samenwerkingen tussen lokale en bovenlokale organisaties en instanties. Dat is bijzonder waardevol.”

Rondleidingen, cahier en digitaal magazine

Zoals ieder jaar organiseerden we ook weer enkele rondleidingen. Een architectuurrondleiding door domein de Hoge Rielen op 29 januari, als deel van festival Winterwarm van de Warande, en een architectuurtrip naar Antwerpen in samenwerking met Dinamo (24 maart).

Rondleiding de Hoge Rielen. Foto: Bart Van der Moeren

Ook was de woning Jozef Schellekens te bezoeken op de Open Monumentendag die samenviel met de Dag van de Architectuur op 10 september. Verder verzorgden we een aantal rondleidingen voor groepen langs moderne architectuur in Turnhout.

Begin van het jaar publiceerden we CAHIER #6 WoonLabo, met daarin de resultaten van twee jaar lang WoonLabo in samenwerking met de Universiteit Hasselt en Stadsregio Turnhout.

Ons digitale magazine, op de website en in de nieuwsbrief, bracht maandelijks nieuws over onze activiteiten en dat van anderen in de Kempen. (Je kunt je inschrijven om het digitale magazine maandelijks – soms vaker – in je mailbox te krijgen.)

We maakten bovendien een de video 10 jaar AR-TUR: Indrukken uit het landschap waarin onder meer de Vlaams Bouwmeester en onze (oud-)voorzitters terug- en vooruitblikten.

AR-TUR in Opdracht

Naast onze eigen activiteiten, die we vooral uit subsidies financieren, werken we ook in opdracht.

Zo werkten we in 2017 mee aan het traject geWOONtebrekervan de Provincie Antwerpen. Zij startten piloottrajecten in vier gemeenten en wij werkten mee in Westerlo rond wonen en zorg.

Workshop GeWOONtebreker Westerlo. Foto: Mariska Vonck

In opdracht van Regionaal Landschap Kleine en Grote Nete en Bosgroep Kempen Noord begeleidde AR-TUR het proces van de architectenselectie voor de herbestemming van de pastorie in Oosthoven. Inmiddels is Buro Bill druk aan het ontwerpen.

In Heist-op-den-Berg werken Innovatiesteunpunt en de Provincie Antwerpen aan een participatietraject Veerkrachtige Dorpen. AR-TUR begeleidt de architectenselectie voor de opmaak van een beeldkwaliteitsplan voor enkele dorpskernen.

Eind 2017 startten we met een opdracht voor een familie in Merksplas rond een site in de dorpskern en met de begeleiding van een ontwerpersselectie voor de gemeente Retie.

Ook geven we regelmatig advies, nemen we deel aan commissies en geven we lezingen op aanvraag. In 2017 onder meer bij de Gecoro Turnhout, IOEA Noorderkempen, Kwaliteitsimpuls van tuin tot erf tot landschap door Regionaal Landschap De Voorkempen, en lezingen op een congres van werkgroep Voortouw in Nederland en het Internationaal Léon Stynen Congres van het Vlaams Architectuurinstituut in deSingel in Antwerpen.

Achter de schermen

Het team van AR-TUR bestaat uit Edith Wouters (artistiek coördinator) en Evelien Pieters (zakelijk leider en projectleider). We werken beiden deeltijds voor AR-TUR. In 2017 konden we die uren uitbreiden vanwege de projectsubsidies voor de Kempenatlas en de betaalde opdrachten. Evelien werkte in 2017 gemiddeld 30 uur per week en Edith 27 uur.

De Raad van Bestuur van AR-TUR is de afgelopen jaren uitgebreid en ook in 2017 kwamen er enkele leden bij. De Raad van Bestuur bestaat nu uit:

  • Jan Van Leuven – voorzitter (vml. burgemeester Baarle-Hertog)
  • Christian Chody – ondervoorzitter (architect)
  • Peter Sommen – secretaris (departementshoofd Mens, Communicatie en Organisatie Provincie Antwerpen)
  • Marina Declercq – penningmeester (vml. gewestelijk ontvanger Baarle-Hertog)
  • Yves De Bont (architect en docent)
  • Miek De Kepper (vml. directeur LOCUS, Vlaams steunpunt lokaal cultuurbeleid)
  • Kristien Gerets (adjunct-directeur communicatie deSingel)
  • Diederik Nagels (architect)
  • Eric Nysmans (directeur Welzijnszorg Kempen)
  • Staf Pelckmans (directeur cultuurhuis de Warande)

Kempenlab 2 zal gaan over de toekomst van kerkgebouwen. Meer in het bijzonder moderne kerkgebouwen van architect René Van Steenbergen. Samen met Sven Sterken van KU Leuven, werken we in en rond de kerk in Den Hout, Beerse. Dat lab staat op de planning voor de zomer en het najaar van 2018. In 2017 was er al een voorproefje met een tweedaagse studentententoonstelling in de Turnhoutse Parkwijk, in de kerk naar een ontwerp van René Van Steenbergen.

Expo Moderne Kerken voor de Kempen (curatoren Eva Weyns, Sven Sterken, Faculteit Architectuur KU Leuven). Foto: Olmo Peeters.

Verder bereidden we Kempenlabs voor over het kwalitatief verduurzamen van modernistische woonwijken en over kwalitatieve dorpsarchitectuur.We hopen die ook op te starten in 2018.

We begonnen 2018 alvast met het nieuws dat ons Kempenlab is geselecteerd voor het Delta Atelier van IABR-2018+2020. Dat is een initiatief van de Internationale Architectuur Biënnale Rotterdam, Architecture Workroom Brussels en de bouwmeesters uit Nederland en Vlaanderen. In het Delta Atelier zullen zo’n 40 innovatieve praktijken in Nederland en België ervaringen delen, en zo samenwerken om de ‘Missing Link’ rond ruimtelijke transitie te overbruggen. We kijken ernaar uit om kennis en ervaring uit te wisselen met vele gelijkgestemde initiatieven.

De IABR organiseert in 2018 een werkbiënnale in Brussel en Rotterdam, en werkt door tot aan de biënnale in 2020 waar de resultaten getoond worden. Ook met AR-TUR werken we naar een eindpunt in 2020 en 2021, wanneer we de resultaten van alle Kempenlabs willen samenbrengen. Een nieuwe atlas?

Financieel jaarverslag

Hoe financieren we onze projecten en waaraan besteden we onze budgetten? Hieronder vind je een overzicht van ons boekjaar 2017.

Onze inkomsten

Het grootste deel van onze inkomsten bestaat uit subsidies. Maar we hebben ook eigen inkomsten. In 2017 waren dat 24% van de totale opbrengsten.

Alle opbrengsten zijn als volgt verdeeld:

  • 33 procent – werkingssubsidie Vlaamse Overheid
    We ontvangen iets meer dan 81.000 euro structurele subsidie uit het Kunstendecreet van de Vlaamse overheid. Deze subsidie ontvangen we jaarlijks in de periode 2017-2021.
  • 21 procent – projectsubsidie Vlaamse Overheid
    Voor het project Kempenatlas ontvingen we een extra projectsubsidie van bijna 80.000 euro.
  • 20 procent – projectsubsidie Provincie Antwerpen
    Ook de provincie Antwerpen ondersteunde de Kempenatlas met een projectsubsidie van 50.000 euro.
  • 3 procent – andere subsidies
    We ontvangen een structurele subsidie van de Stad Turnhout. En voor een deelproject van de Kempenatlas steunden Erfgoed Noorderkempen en erfgoedcel k.ERF ons met een projectsubsidie.
  • 0,4 procent – ticketverkoop
    Dit zijn ticketverkopen van lezingen en filmvertoningen. We houden die prijzen bewust laag en delen de inkomsten met onze partners. Daardoor halen we daar niet veel opbrengsten uit. De ticketinkomsten van de tentoonstelling Kempenatlas gingen naar de mede-organisator de Warande.
  • 6 procent – samenwerkingen
    Dit is onder meer de bijdrage van de Warande aan de tentoonstelling Kempenatlas, als partner in het project.
  • 4 procent – boekverkoop
    De verkopen van onze boeken ‘Architectuur in de Golden Sixties: de Turnhoutse School’ en de nieuwe ‘Kempenatlas’ brachten meer dan 11.000 euro op. Daarin is de boekverkoop via crowdfunding niet opgenomen.
  • 5 procent – crowdfunding
    De crowdfundingscampagne voor de Kempenatlas leverde meer dan 13.000 euro op. In totaal 166 personen en organisaties brachten dit bedrag bij elkaar.
  • 1 procent – sponsoring
    Groep Van Roey sponsorde de Kempenatlas met 3.000 euro. Ook Drukkerij De Jong sponsorde de Kempenatlas ruimhartig door een fikse korting op de drukprijs. Deze sponsoring is niet in dit percentage meegeteld. Kleine sponsorbedragen van bedrijven zijn deel van het percentage bij crowdfunding. Toch is het minder sponsoring dan we bijeen wilden brengen. We hopen dat de Kempenatlas aanleiding geeft tot nieuwe partnerschappen in de komende jaren.
  • 7 procent – dienstprestaties
    Ten slotte haalden we zo’n 18.500 euro aan inkomsten uit betaalde opdrachten onder ‘AR-TUR in opdracht’, rondleidingen en lezingen. Daarmee viel deze inkomstenbron heel wat hoger uit dan waarmee we rekening hielden. We zetten de komende jaren verder in op dit werken in opdracht.
Onze uitgaven

Waar gaven we de budgetten aan uit?

  • 15 procent – artistieke productiekosten
    Dit zijn onder meer de kosten voor de bouw van de tentoonstelling, kosten van videoproductie en andere productiekosten. Veel productiekosten krijgt AR-TUR ook in natura gefinancierd via de Warande, omdat we als vzw deel zijn van het Warande-model.
  • 24 procent – artistieke diensten
    Bijna een kwart van onze middelen besteedden we aan artistieke diensten. Dat zijn fotografen, grafische vormgevers, de uitgever van de Kempenatlas, architectuurcritici, de scenograaf, kunstenaars, de cartograaf, enzovoort.
  • 42 procent – artistieke en zakelijke coördinatie
    We besteedden in 2017 zo’n 42 procent aan de vergoeding van de medewerkers van AR-TUR, de artistiek coördinator Edith Wouters en de zakelijk leider Evelien Pieters.
  • 8 procent – overige vergoedingen aan derden
    Dit zijn onder meer de vergoedingen aan enkele kunstenaars via de kleine vergoedingsregeling, vrijwilligersvergoedingen en auteursrechten.
  • 4 procent – verplaatsings- en verblijfskosten
    Dit zijn vooral reiskosten van onze partners, deelnemers en medewerkers. En de kosten van catering bij alle activiteiten.
  • 2 procent – promotie en verkoop
    Ongeveer 2 procent van ons budget ging naar vormgeving, drukwerk en andere promotiekosten. Lijkt je dit wel erg weinig? Dat komt omdat we ondersteund worden door de dienst communicatie van de Warande met onder meer een vormgever en eigen drukkerij.
  • 1,4 procent – andere kosten
    Hieronder vallen allerlei kleine uitgaven zoals kantoormateriaal, documentatie en abonnementen, verzendkosten, bankkosten en zo verder.
  • 4 procent – wijzigingen in de voorraad
    Omdat we een nieuw boek hebben uitgegeven, moeten we de kost van de nieuwe aangekochte voorraad hier opnemen. De waarde van de overgebleven voorraad is daarvan afgehaald.