Verslag: Lezing De Urbanisten met aansluitend panelgesprek

VERSLAG - Hoe kunnen we een goede voorouder zijn voor onze nakomelingen en hoe kunnen we vanuit de architectuur en ruimtelijke planning de omgevingskwaliteit voor hen verbeteren? Getriggerd door de futuristische stadswandeling Zone X nodigden AR-TUR en de Warande het Nederlandse ontwerpbureau De Urbanisten uit. In hun ontwerpen werken zij aan oplossingen voor de grote uitdagingen die de klimaatverandering en het verlies aan biodiversiteit met zich meebrengen. Na de lezing volgde een panelgesprek dat dieper inging op de uitdagingen en toekomstscenario's voor de Kempen. In een eerste deel ging moderator Ellen Van de Velde in gesprek met kunstenaar Tim Joye, architect en kunstenaar Breg Horemans en kunstenaar Gosie Vervloessem over de relatie tussen natuur en architectuur. Vervolgens kwamen architect Oscar Rommens, architect en kunstenaar Ciel Grommen en voormalig huisarts Anneleen De Bonte aan bod om dieper in te gaan op mensen en processen.

Tekst: Lucas Desmet
Foto's: Kelly Donckers
Leestijd: 15 minuten

De blik vooruit (en achteruit)

Edith Wouters, artistiek coördinator van AR-TUR

AR-TUR kan alvast terugkijken op een interessante voorbije beleidsperiode. Het verkennen van de omgeving van de Kempen is gebeurd, met als resultaat de Kempenatlas. Daarna zijn thema’s zoals humane gevangenisarchitectuur, herbestemming van kerken, zorgzame mobiliteit en dorpse architectuur onderzocht in de experimentele ruimte van het Kempenlab en vervolgens in verschillende cahiers gebundeld. Het samenwerken met (boven)lokale stakeholders, ontwerpers, overheden, projectontwikkelaars, bewoners,… resulteerde gestaag in een netwerk van ambassadeurs. AR-TUR ontwikkelde de voorbije jaren tools en methodieken, zoals het werkmodel van de Wijkmotor, praatplaten over wijkrenovatie, nomadische leer- en werkplekken en de Dialoogtool Dorpse Architectuur. Daarnaast faciliteerde AR-TUR gesprekken en begeleidde de organisatie gunningstrajecten voor kwaliteitsvolle, ruimtelijke ontwikkeling.

Nu kijkt AR-TUR vooruit naar een nieuw werkingsjaar en een nieuwe, ambitieuze, vijfjarige beleidsperiode met extra vrouwkracht achter het stuur. In die periode wil AR-TUR als onafhankelijke, culturele organisatie via ontwerpexpertise en verbeeldingskracht bijdragen aan toekomstbestendige dorpse en kleinstedelijke omgevingen in Vlaanderen en daarbuiten. Business as usual is onhoudbaar nu het klimaat en het verlies aan biodiversiteit de hele wereld uitdagen: de architectuursector zal een deel van de oplossing moeten worden in plaats van het probleem. Zeker in rurale gebieden die vaak een blinde vlek blijven op vlak van middelen, expertise en aandacht. AR-TUR wil samen met andere actoren in het veld werken aan een levendige architectuurcultuur in de Kempen. Vanuit het Kempenlab zal er de volgende jaren verder gezocht worden op thema’s zoals dorpse ruimte en hoe men natuur en mensen in de gebouwde omgeving kan verbinden. Het streefdoel is een overkoepelende publicatie met inzichten voor de regio in de vorm van een nieuwe Kempenatlas. De volgende maanden start AR-TUR enkele dorpsmakerscommunities of praktijkgemeenschappen op rond dorpse architectuur en integrale wijkrenovaties. Later dit jaar zal – in het kielzog van het stadsfestival in Turnhout – het dorpsmakersfestival van start gaan waarin o.a. de beleving van jongeren in hun omgeving uitgelicht wordt. Tenslotte zal AR-TUR doorheen het jaar enkele publieke bezoeken aan kwaliteitsvolle architectuurprojecten in de Kempen organiseren.

Doorheen al deze projecten zindert zowel de vraag wat echt zorgzame, herstellende of regeneratieve architectuur betekent voor dorpen en kleine steden zoals die in de Kempen, als welke rol architectuurcultuur hierin kan spelen. Deze avond vormt alvast het vertrekpunt om hier samen over na te denken en gedurende de volgende beleidsperiode aan mee te werken.

Keynote De Urbanisten – klimaatsensitief ontwerpen als het nieuwe normaal

De Urbanisten uit Rotterdam werken op verschillende schaalniveaus aan betere leefomgevingen voor mensen én dieren waar groen en water een integrale plek krijgen. Rotterdam is dan ook een stad die intrinsiek verbonden is met het water: water dat vanuit de zee, de rivier, de bodem en de lucht komt. Het vormt dan ook het perfecte laboratorium om aan de slag te gaan. Medewerker Timo Stevens tracht als eerste spreker van de avond een antwoord te bieden op de vraag hoe we vanuit ontwerp een betere leefomgeving kunnen maken voor huidige en volgende generaties.

Het Waterplein Benthemplein is hier een eerste uitwerking van. Het is niet alleen een plek voor mensen om samen te komen en te ontspannen, maar ook voor water en vormt daardoor een belangrijke klimaatbuffer binnen de stedelijke context van Rotterdam. Belangrijk bij dit project is om het water in de stad terug zichtbaar te maken en mensen bewust te maken dat zoiets ook ruimte vraagt. Ruimte die vandaag de dag steeds zwaarder geclaimd wordt. In navolging van boegbeeld Jac P. Thijsse willen De Urbanisten met het waterplein de natuur herstellen, maar ook bewustmaking creëren van de waarde ervan zodat de bescherming gegarandeerd blijft. Hun project is echter meervoudig en vormde de stapsteen voor ambities van een volledig klimaatsensitieve buurt rondom het waterplein en het begin van bottom-up guerrilla-onthardingsacties.

Timo Stevens van De Urbanisten

Een tweede, grootschaliger, voorbeeld is het Hofbogenpark. Dit is een twee kilometer lang dakpark op een voormalige spoorwegbedding dwars door de stad. Het is opgezet als een park van gevel tot gevel en het viaduct vormt een continue ecologische verbinding. De beplanting en inrichting is afgestemd op de doelsoorten en het park is zo toegankelijk mogelijk ingericht voor verschillende diersoorten, van nestkastjes voor vogels tot hellingen voor egels.

Met hun praktijk willen De Urbanisten eveneens toewerken naar een nieuw normaal van klimaatsensitief ontwerpen. Enkel technische oplossingen zullen niet volstaan, maar nieuwe financieringsmodellen, coalitievormingen en methodieken zijn nodig. Het is vooral belangrijk het eigenlijke doel niet uit het oog te verliezen. Zo formuleerden ze vaste thema’s als hulpmiddel om samen met steden een ambitielijst op te stellen en het gesprek te bevorderen.


"Bij De Urbanisten willen we werken aan een nieuw normaal van natuursensitief ontwerpen, enkel techniek brengt niet de oplossing."
Timo Stevens


Het Waterplan Antwerpen is een voorbeeld van deze praktijk. De Urbanisten onderzochten hoe het watersysteem werkt, zowel het artificiële, het natuurlijke als het historische, en definieerden verschillende stadstypologieën. Daarna volgden ze het pad van een imaginaire regendruppel in Antwerpen via een iteratief proces van tekenen en rekenen met als doel zo weinig mogelijk wateroverlast te veroorzaken. Zo kwamen De Urbanisten en de betrokken (stads)diensten gezamenlijk tot een visiekaart van een stadsbreed groenblauw netwerk. Uiteindelijk lieten ze het netwerk ook landen in gerealiseerde voorbeelden van water en groen doorheen de stad.

Tenslotte nemen De Urbanisten ook de blik vooruit mee in hun ontwerpmethodiek. Zo vragen ze zich af waar we binnen 100 jaar wonen en welke uitdagingen er allemaal op ons afkomen. In één van hun recentste projecten, Biobased Oirschot, zetten ze als antwoord hierop het landschap in om in de toekomst hieruit de grondstoffen te oogsten voor een nieuwe, ecologische manier van bouwen.

Panelgesprek natuur en architectuur – ontwerpen vanuit de natuur

Tim Joye

Eerste panellid en kunstenaar Tim Joye noemt zichzelf een creatieve duizendpoot, met ecologie en de band die wij als mensen hebben met levende systemen als rode draad. In zijn praktijk probeert hij los te komen van het antropocentristisch denken en is hij geïnteresseerd in ‘nomadische natuur’. Zo vroeg hij zich af wat er zou gebeuren als honderdduizend bijen worden losgelaten in een woonwijk. Het project Beesphere was geboren. De bijen creëerden niet alleen een nieuw ecosysteem van dieren, maar ook van mensen. Spontaan ontstonden er allerlei initiatieven rond die nieuwe bijen in de woonwijk: een speelstraat in het thema bijen, een plantenzaak die bloemen verkoopt, leerlingen van het buitengewoon onderwijs die plantjes planten en noem maar op. Naast inspirerende plannen – zoals we er bij De Urbanisten zagen – zijn er volgens Tim vooral mensen en bijhorend draagvlak nodig om het uit te voeren. Een ander voorbeeld van nomadische natuur is de kunstinstallatie Bosk, het wandelend bos in Leeuwarden. Het is deel van een cultureel project waarbij meer dan duizend bomen van locatie naar locatie bewegen binnen de stad en een reeks van evenementen met zich meebrengen. Door zijn verbindende kracht brengt deze nomadische natuur ook een sociaal ecosysteem op gang en gaat het de sociale versnippering in de stad tegen.

Gosie Vervloessem

Gosie Vervloessem is geïntrigeerd door hoe de mens naar de natuur kijkt. Vanuit de populaire cultuur, en specifieker vanuit horrorfilms en sciencefiction, probeert ze te ontrafelen welk beeld wij mensen hebben van de natuur. De natuur heeft meerdere lagen en is niet altijd puur. Van zodra men zich in de natuur bevindt, enten mensen hier verschillende waarden en principes aan. Denk maar aan het beschadigen van verschillende eikenbomen in Landschap De Liereman, wat de inspiratie vormde voor haar project Forensic Plant Lab. Nadenken om dit natuurlijk landschap anders te organiseren, hangt dus ook vast aan hoe men naar dit landschap kijkt. Zo vraagt Gosie zich af wat er zou gebeuren moest men de natuur vanuit een ander denkbeeld beschermen, bijvoorbeeld niet omdat deze onschuldig, maar gewelddadig is?

Breg Horemans geeft les aan de KU Leuven over regeneratieve architectuur en is medeoprichter van het collectief TAAT dat zich begeeft op de grens van architectuur, performance en artistiek onderzoek. Breg poogt om de stem van dieren, mensen en planten die men normaal niet hoort een plaats op het podium te geven. Hij ziet de natuur als medespeler en niet louter als product.

Gosie Vervloessem, Tim Joye en Breg Horemans

Wat nemen de drie panelleden nu mee uit de lezing van De Urbanisten? Tim erkent het ontwerpen voor meer dan enkel mensen en de natuurinclusieve oversteekplaatsen voor fauna die De Urbanisten gebruiken in hun projecten. Ontwerpers kunnen echter hun antropocentrisch denken nog meer afleren. Dieren kijken, ruiken, horen en denken anders dan mensen. Dit biedt perspectieven die aan de basis van een ontwerpopdracht kunnen liggen. Er zijn speelbossen en voedselbossen, maar waar blijft het eekhoornbos voor de eekhoorns? Zo heeft Breg ooit een oefening gedaan om een slak zo lang mogelijk te volgen om stil te staan bij de andere manier van zijn.


"Wij zijn gewend om in stedelijkheid en vaste grenzen te denken, maar wat gebeurt er als je tijdelijkheid, het veranderlijke en het onvoorstelbare meeneemt?"
Breg Horemans

Volgens het credo van Darwin is overleven gelijk aan zich aanpassen, maar dit botst volgens Tim met de rol van de urbanist die net dingen vastlegt, zoals de helling voor egels in het eerder vermelde Hofbogenpark. Eén zo’n voorbeeld waar die openheid wel meegenomen wordt in het ontwerp is de hernaturalisering van de rivier Aïre in Genève. De vroeger gekanaliseerde rivier werd voorzien van een uitgegraven grid waarin de rivier zich natuurlijk en ongedwongen een nieuwe weg kan banen.

Een oproep voor natuurinclusief ontwerpen kan men ook zien als een oproep voor meer inclusief ontwerpen voor mensen, kinderen, ouderen, neurodiverse personen, (klimaat)vluchtelingen,... Al deze mensen vind je ook in de Kempen. Zo raakt men aan een problematiek die AR-TUR aanbelangt. Hoe maakt men beslissingen voor al deze mensen in de dorpen? Wie zit aan tafel zodat alle – ook niet-menselijke – stemmen en geluiden gehoord worden? Breg pleit als antwoord hierop voor een situationele praktijk en hoe dit tot andere gesprekken kan leiden, vergelijkbaar met hoe al gewerkt wordt met casuslocaties in het Kempenlab.

Panelgesprek mensen en processen – de veranderende rol van architect

Oscar Rommens en Ciel Grommen

Oscar Rommens is architect bij import.export architecture. Bijzonder aan de lezing vond hij het probleemoplossend denken van De Urbanisten. Toch geloven ze bij import.export architecture dat elke oplossing een nieuw probleem creëert. Daarom focussen zij niet op problemen, maar op de processen en hoe ze samen met mensen bepaalde situaties kunnen aanpakken.

Ciel Grommen heeft een sociaal-artistieke praktijk met een vooropleiding in architectuur en stedenbouw. Na haar opleiding ontwikkelde ze een grote interesse in hoe mensen architectuur bewonen. Zo begon ze, in plaats van gebouwen, eerder het wonen te ontwerpen. Na haar studies verhuisde ze terug naar Borgloon. Hier leken de problemen uit haar opleiding, zoals dekolonisatie, weinig belang te hebben. Tot ze besefte dat tijdens de zomer wel één op vijf dorpsbewoners in Borgloon seizoensarbeiders waren. Om dit bespreekbaar te maken, heeft ze samen met architect Maximiliaan Royakkers een huis voor seizoensarbeiders gecreëerd waar gastarbeiders samen kunnen komen. Door dit huis in de publieke ruimte te plaatsen, creëert ze zichtbaarheid voor de uitdagingen omtrent het samenleven in de regio.

Moderator Ellen Van de Velde
Anneleen De Bonte

Anneleen De Bonte is voormalig huisarts en werkt nu op het snijpunt van gezondheid, stadsvernieuwing en faire financiering. Vanuit haar achtergrond in de geneeskunde ziet zij parallellen met de manier waarop architectuur omgaat met de grote uitdagingen waarvoor we staan. Vlaanderen heeft een zeer mechanistische geneeskunde, die zeker zijn waarde heeft, maar het creëren van omstandigheden waar gezondheid de logische uitkomst is, verloopt moeizamer volgens Anneleen. Zelfs de focus op preventie impliceert de aanwezigheid van ziekte, terwijl het in feite zou moeten gaan over goed leven. Hoe eet men bijvoorbeeld terug gezond, zodat gezondheid vanzelf ontstaat? Om de parallel naar architectuur en natuur te maken, kan men zich afvragen hoe men opnieuw de omgeving creëert waar fauna en flora zich vanzelfsprekend thuis voelen en dit zonder technische oplossingen zoals oversteekplaatsen of nestkastjes voor dieren.

"Wij hebben in Vlaanderen een heel mechanistische geneeskunde, maar we zijn slecht geworden in het creëren van omstandigheden waar gezondheid en zorg vanzelf ontstaan."
Anneleen De Bonte

In tegenstelling tot wat Tim eerder zei, maakt de ontwerper volgens Ciel geen plan dat alles vast beitelt in steen. Dit zijn namelijk moeilijke processen die voortdurend in verandering zijn. De rol van de architect is ook veranderend en minder bepalend dan wordt beweerd. De architect is echter nog steeds vaak gelinkt met machthebbers. De regisseursrol die de architect dan kan aannemen, helpt om nog meer stemmen binnen te krijgen in het debat.

Het ecosysteemdenken is in de geneeskunde en in de architectuur nog veraf volgens Anneleen. Een groot deel van de gevierde architectuurprojecten gaat over innovaties in wonen en zorg voor ouderen, maar deze doen vaak niet meer dan specifieke problemen oplossen op basis van leeftijd en ziekte. De vraag hoe men zorgomgevingen maakt waar die (informele) zorg spontaan kan plaatsvinden, wordt nog te weinig gesteld. Hiervoor moet men echter ook een sociale omgeving creëren waarin dit kan ontstaan. Volgens Anneleen zal informele zorg niet lukken zolang iedereen buitenshuis werkt om grote zorginstellingen te kunnen betalen. Dit vraagstuk komt op die manier terug naar een schaal die veel dorpser is en die op wijk- of buurtniveau werkt en daarom ook AR-TUR aanbelangt.

Om af te sluiten geven de panelleden nog aanbevelingen voor de nieuwe beleidsperiode van AR-TUR. Zo vindt Oscar het vraagstuk van de migratietoename en hoe dit zich weerspiegelt in de bebouwde omgeving belangrijk. Ciel erkent de veranderende rol van de architect en vraagt zich af hoe AR-TUR mensen meekrijgt die op een andere manier met stadsontwikkeling bezig zijn. Anneleen lanceert een warme oproep om in het systeem in te blijven breken met andere vormen van participatie, zoals AR-TUR dat voorheen al deed.

Oscar Rommens, Ciel Grommen en Anneleen De Bonte
Afsluitend drankje in Barzoen

Wat begon met een futuristische, toeristische wandeling door Turnhout was de aftrap voor een inspirerende keynote over klimaatrobuust ontwerpen en een boeiend panelgesprek over (natuur)inclusief ontwerpen. De Urbanisten toonden hoe zij natuursensitief ontwerp meedragen in hun DNA, verder werd er vanuit de kunsten een oproep gelanceerd om de blik van de natuur mee te nemen en tenslotte kwam de vraag hoe men iedereen meekrijgt in een architectuursysteem waarbij natuurinclusieve architectuur spontaan kan groeien. Het leverde stof tot nadenken op voor AR-TUR en voor alle aanwezigen. De avond sloot af met een drankje waar het publiek samen met de kunstenaars en architecten verder nadachten over hoe we een goede voorouder kunnen zijn voor onze nakomelingen.